Klaassen speelt voor God en kan geen Bijbellezen

Voor de zoveelste keer biedt het Nederlands Dagblad een podium aan Maarten Klaassen, de man die zich er nota bene niet voor schaamt voor God te spelen. Hij weet precies wat de toelatingseisen voor het Koninkrijk van God zijn, en volgens hem is één van die eisen: geen homo zijn. Ben je dat wel, en praktiseer je je identiteit als homo, dan zul je branden in de hel (dat is het enige alternatief dat in de wereld van Klaassen bestaat voor het Koninkrijk van God in the afterlife).

Klaassen is noch God noch Morgan Freeman

Als hij niet zelf de stap had gezet om de PKN te verlaten, had ik serieus een verzoek aan de synode gedaan om hem uit zijn ambt te zetten. Maar hij hoort nu bij de Hersteld Hervormden, en die snode kerkscheurders zijn juist vanwege dit onderwerp op zichzelf gegaan.

Temidden van allerlei andere onzin die hij uitkraamt, vind ik dit dus wel de ergste: voor God spelen. Met een glimlach op het gezicht. God Klaassen. Benieuwd of hij voor zichzelf wel een plaatsje in het Koninkrijk van God voor ogen heeft!

Volgens het artikel in het ND van 6 januari 2023 vindt hij het huwelijk een ‘exclusief, levenslang verbond tussen één man en één vrouw’. Misschien kan Klaassen uitleggen hoe dat zit met Lamech (twee vrouwen), Abram (Sara en Hagar), met Jakob (Lea, Rachel, Bilha, Zilpa), of met het voorschrift van Mozes als het gaat om toekomstige koningen van Israël; die mogen ‘niet veel vrouwen’ hebben (Deuteronomium 17: 17). En wie nu echt gelooft, dat God polygamie verbiedt, moet toch eens uitleggen hoe dat dan met de koningen David en Salomo zat. Niet het aantal vrouwen maakte Salomo ontrouw aan de Heer, maar het feit dat er veel buitenlandse, en in joodse ogen dus heidense vrouwen tussen zaten – dat maakte de kwestie dubieus.

En tegen David zegt de profeet Nathan, dat God hem (David dus) ‘het paleis van uw heer en de vrouwen van uw Heer’ heeft gegeven. Let wel: de Heer zelf heeft aan David de vrouwen van Saul gegeven (2 Samuël 12: 8).

Het hele Oude Testament is een bolwerk van polygamie. Het feit dat er in dat Oude Testament bijna geen enkele man beschreven wordt, die (slechts) één vrouw had, is veelzeggend.

Selectief Bijbellezen – dat kan Klaassen prima. Maar hij laat hele rijen tittels, jota’s en complete pericopen weg uit de Schrift als die hem niet goed uitkomen. Voor God spelen is erg, maar de Schrift naar je hand zetten is een goeie tweede.

Ik hoop dat hij het publieke debat vermijdt. Zolang dat niet het geval is, zal ik proberen een stevig tegengeluid te laten horen.

Ds. Jan de Visser

Predikant Exodusgemeente Middelharnis – Sommelsdijk

Sociale gerechtigheid in Gods Rijk

Over de doop van Jezus

Preek over Mattheüs 3: 13 – 17

Gemeente,

Zijn er ook mensen onder ons, die goede voornemens hebben voor 2023? Afvallen, minder drinken, meer tijd voor je gezin, meer sporten, meer lezen, actiever hier, actiever daar?

Geweldig! Ik wens iedereen die met deze ideeën het nieuwe jaar is ingegaan, veel sterkte. Hopelijk houd je het vol, en kun je op 31 december van dit jaar zeggen, dat je tevreden bent om wat je gepresteerd hebt.

Tegelijk: ik hoef hier de onheilsprofeet niet uit te hangen om te verkondigen dat veel voornemens na Dry January alweer in de kast liggen: niet haalbaar, niet te doen, niet realistisch. Toch?

Jezus had geen voornemens, Jezus had een programma, een plan, beleid. Hij deed niets zonder een weldoordacht plan.

Hij wist van zichzelf dat Hij de zoon van God was, en dat Hij bij uitstek de man was die op aarde moest laten zien wat dat betekende.

Het volk Israël was Gods uitverkoren volk. Dáár moest het beginnen. De fundamenten van en voor Gods Koninkrijk lagen er al eeuwen. Maar tot een compleet gebouw, een allesomvattend Godsrijk is het nooit gekomen. Waarom niet? Mensen bleken vrij onbetrouwbare partners in de bouw van Gods Rijk. Eerst moest er een koning komen, in plaats van op God aangelegde richteren en priesters. Toen verscheen er eerst een paleis, en daarna pas een tempel. Tja, dat zegt wel wat. En dé vorst van de Vrede, Salomo, was nog maar goed en wel overleden, of het land scheurde in tweeën: een Tweestammenrijk (Juda en Simeon, later gevolgd door Benjamin) en een Tienstammenrijk (dus later eigenlijk een negenstammenrijk). Een echte en hechte eenheid is het daarna nooit meer geworden. Denk maar aan het verhaal van Jezus, die in de provincie Samaria met een vrouw zat te praten bij een waterput. Schande!

Jezus had een programma. Hij wilde van Israël Gods Koninkrijk maken, zoals het al eeuwenlang de bedoeling was. Hij wilde niet iets volstrekt nieuws gaan doen, Hij wilde herstellen wat er fout was gegaan.

Zijn neef Johannes, zoon van Zacharias en Elisabet, was zijn voorloper, zijn heraut, zeggen sommigen. En deze Johannes, een half jaar ouder dan Jezus, preekte en doopte in de woestijn van Judea, zeg maar de noordelijke kant van de Dode Zee.

En de doop van Johannes hing heel nauw samen met zijn prediking. En laten we wel zijn, die prediking was niet mals. Hij riep op tot bekering, en hij riep zijn toehoorders op om open te staan voor wie na hem komt, de Gezondene des Heren! Maak recht zijn paden, effen voor Hem de weg, geef Hem toegang tot je hart, maar ook tot dit volk, dit land.

Om Hem recht te doen, moeten jullie je bekeren, anders wordt het niks.

En eerlijk gezegd snap ik dat ook wel. Ook Johannes kende de geschiedenis van het volk Israël. Er is van alles mis, het land lijkt in de verste verte niet op het land, waarvoor Mozes met zijn Tora de contouren had geschetst. En tal van mensen stroomden naar hem toe, en lieten zich dopen, waarbij ze hun zonden beleden.

En dat laatste is heel opmerkelijk. Natuurlijk, iedereen kan zich voorstellen, dat er van de prediking van Johannes de Doper een enorm appèl uitging. Wauw, die man heeft een boodschap! Ja, als je dan kijkt naar de manier waarop wij ons leven inrichten, dan is het goed om daar verandering in aan te brengen. Laten we Johannes vragen of hij ons wil dopen, dan beginnen we opnieuw!

Maar als het gaat om vergeving van zonden, is er toch wel iets opmerkelijks aan de hand.

Vergeving van zonden is in het Oude Testament een begrip dat rechtstreeks samenhangt met de Babylonische ballingschap. Hoe kwam het, dat het volk Israël werd gedeporteerd? Dat komt vanwege de grootst denkbare zonde, namelijk het tegenhouden van Gods Rijk in deze wereld, of liever gezegd: in Israël. Niemand liet zich ook maar het geringste gelegen liggen aan de reden waarom het slavenvolk Israël naar Kanaän is geleid: daar zou God zijn Rijk vestigen, met de nakomelingen van zijn geliefde Abraham. En dat het volk, van hoog tot laag, dat jaren-, eeuwenlang niet heeft gezien of misschien zelfs heeft tegengehouden, dát is de zonde waar het in het Oude Testament om gaat. Niet om een snoepje uit de trommel, zelfs niet eens het buiten de lijntjes kleuren, waar het in de Adventstijd vaak over ging. Sterker nog: dat ‘buiten de lijntjes kleuren’ is essentieel gebleken voor de komst van Jezus. Dat kan dus niet de zonde zijn, die Oudtestamentisch bedoeld werd. Het gaat om het tegenhouden, het niet meewerken aan de totstandkoming van Gods Rijk. Dat is ook, logisch gesproken, de betekenis van de woorden die Jezus bij zijn laatste seder-viering uitsprak: tot vergeving van zonden. Dat betekent: tot het wegnemen van alles wat de komst van Gods Rijk verhindert. Nou, daar komen we later nog wel een paar keer op terug.

O kijk! Daar staan de Farizeeën en Sadduceeën! Wat komen die doen! Zich ook laten dopen? Zal toch niet!

En nee, was het maar zo. Waren er maar leiders van het volk die zich tot inkeer wilden laten brengen door dit soort preken, en dit soort figuren. Maar nee, ze kwamen alleen hun nieuwsgierigheid tonen. Ze wilden wel eens weten wat er aan de hand was. Nou, ze krijgen de wind van voren van Johannes. Hij ontploft als hij de zelfgenoegzaamheid ziet waarmee zij zich presenteren! Arrogante betweters! Geen enkele empathie naar degenen die zich bekeren en laten dopen. Geen enkele interesse in wat daar precies gebeurt, alleen maar een hautaine blik op het gepeupel. En godsdienst – ja, dat moest je maar aan hen overlaten. Godsdienst gebeurt in de tempel, en niet in de Jordaan, ben je gek.

Enfin, Johannes stelt hen de bijl in het vooruitzicht, die klaar ligt om deze geestelijke elite om te kappen. En, zo profeteert hij: Na mij komt iemand die echt het kaf van het koren zal scheiden. Hij kan je dopen met de heilige Geest en met vuur, maar Hij kan je net zo goed verbranden als je niets anders blijkt te zijn dan kaf!

Johannes preekt tegen de zondigheid, de zelfgenoegzaamheid, de flauwheid, en onbetrokkenheid van zijn toehoorders. En dat heeft succes.

Maar Jezus heeft een programma. Het Koninkrijk moet van de grond komen, nu eindelijk eens een keer.

En na het indrukwekkende verhaal over zijn geboorte horen we niets over de eerste dertig jaar van zijn leven. Maar vanaf nu stáát Jezus er. Hij heeft een programma. Hij komt opzettelijk en speciaal vanuit Galilea, Nazaret, naar de plaats waar Johannes staat te preken en dopen. Zijn neef. Jezus was misschien wel trots op zo’n neef! Geweldig! Zoveel publiek, zoveel zegen op zijn werk. Zoveel passie en overtuigingskracht, en zoveel weerzin tegen de gevestigde orde die maar niet doet wat er in Israël gedaan moet worden.

Het eerste punt dat Jezus in zijn programma heeft staan, is tegelijkertijd de titel ervan:

Sociale gerechtigheid in Gods Koninkrijk.

Natuurlijk, dit verzin ik zelf.

Maar het eerste kernbegrip dat Jezus zelf noemt, is al gerechtigheid. Als Hij Johannes vraagt Hem te dopen, weigert hij dat eerst. Begrijpelijk. Johannes predikte een doop tot vergeving van zonden. Maar van welke zonde zou Jezus dan schoongewassen moeten worden? Welke dwaalwegen bewandelt Hij, of van welke waangedachten moet Hij verlost worden?

Nou, zegt Jezus, doe het maar gewoon, want zodoende vervullen wij alle gerechtigheid. Gerechtigheid.

Waar moet je aan denken bij gerechtigheid? Het Sanhedrin of de Hoge Raad in Den Haag? Advocaten, juridische afdelingen bij de gemeente?

Misschien een beetje, maar Jezus doelt volgens mij heel nadrukkelijk op het Oudtestamentische begrip gerechtigheid. Oude Psalm 72. Daarin wordt de Koning bezongen die in Israël recht en gerechtigheid zal brengen; de Koning die helaas nooit gekomen is. Ik heb altijd de neiging om dan de berijmde versie te citeren:

Hij zal de redder zijn der armen

Hij hoort hun hulpgeschrei.

Hij is met koninklijk erbarmen

Hun eenzaamheid nabij.

Hij helpt, met hun bestaan bewogen

die zijn in vrees benard.

En dan volgt één van de mooiste dichtregels uit het psalmboek:

Hun bloed is kostbaar in zijn ogen,

Hij draagt hen in zijn hart.

Die koning, dat leiderschap, deze gerechtigheid, dat is – althans volgens mij – wat Jezus voor ogen staat. Hij, die koning, zal niet de redder zijn van het farizeïsme, niet van de heersende elite, niet van de hooggeplaatsten.

Ja, natuurlijk ook wel, maar dan moeten ze zich eerst realiseren dat ze geen haar beter zijn, als mens, dan die armen waarvan deze psalm zingt. Wie te hoog is om zich met de armen uit deze psalm te vereenzelvigen, of te denken dat hij die koning niet nodig heeft, die hoort er gewoon niet bij.

En omdat de armen vaak veel, heel veel te lijden hebben van die onderdrukkende en angstaanjagende leiders, juist daarom durf ik de titel van het programma van Jezus wel met een modern woord aan te geven: sociale gerechtigheid.

Jezus verricht met zijn wens om gedoopt te worden een revolutionaire daad van de eerste orde: Hij plaatst zich als leider, als Koning, op hetzelfde level als waarop de zondaren, tollenaren, hoeren, laaggeplaatsten staan. En dat doet Hij niet vanuit de hoogte, of met een hooghartige goedkeuring van hun daden, zo van: Prima dat jullie dat doen, dat hadden jullie ook echt nodig! Nee, Hij is niet alleen in zijn woorden solidair, maar ook in zijn daden. Als Ik jullie achter Mij aan wil krijgen, als Ik jullie op het spoor van Gods Koninkrijk op deze wereld wil krijgen, wil Ik jullie laten zien, dat niets mij te min is. Ik wil gedoopt worden, alsof Ik de man ben die verlost moet worden. Ik wil jullie gelijk zijn in alles!

Jezus heeft een programma, en de titel luidt:

Sociale Gerechtigheid in Gods Koninkrijk.

De uitvoering van dat programma begint in Judea, in de Jordaan, waar Hij gedoopt wordt. En we weten waar het eindigt: aan het kruis. Daarover gaan we het binnenkort hebben, want over zes weken begint de Veertigdagentijd al.

Johannes komt er niet onderuit, en hij doopt zijn neef, Jezus. En dan opent zich de hemel, en de Geest van God daalt als een duif op Hem neer. En er klinkt een stem: Mijn geliefde zoon.

En dat is een geweldige combinatie van een paar oudtestamentische teksten: Psalm 2 over de zoon, Jesaja 42 over de vreugde die God heeft aan zijn dienaar, Jeremia 31 over de geliefde zoon.

Jezus staat voor de taak om al die Oudtestamentische profetieën tot vervulling te brengen. Geen nieuw Rijk, geen revolutie, gewoon doen wat er eigenlijk al eeuwenlang gedaan had moeten worden.

Nog één opmerking: ik hoef geen parallel met onze tijd te trekken, toch? Iedereen die een beetje om zich heenkijkt, ziet dat het in onze tijd nog steeds nodig is om op te blijven roepen tot sociale gerechtigheid. Ook een heleboel andere dingen, maar tenminste deze: met elkaar een redder der armen, het hulpgeschrei van de mensen horen en in ons hart dragen.

Laat maar zitten. Voor dit moment houden we het er even op, dat Jezus een programma had, en dat we daar de komende weken veel meer van gaan horen.

Een programma, waarvan het begin van de uitvoering bij de doop in de Jordaan ligt. En ik zou daaraan toe willen voegen, dat iedereen die gedoopt is, in dat programma mag delen, daaraan mag meedoen. Bouwen aan Gods Koninkrijk, hier op aarde, hier op Goeree-Overflakkee.

Hij komt zijn Koninkrijk hier stichten:

Zijn heil en zijn gerechtigheid.

Amen.

Stikstofjuristen

Vorige week is de uitspraak verschenen van de Raad van State over de stikstofkwestie. Ik heb geen idee wie die uitspraak helemaal (van a tot z) gelezen heeft – ik heb er wel even de moeite voor genomen. En tot een paar bizarre ontdekkingen gekomen. De juristen die de minister geadviseerd hebben in de procedure waartegen bezwaar is gemaakt, hebben de ministers gewoon op het verkeerde been gezet. En dat niet één, keer, maar gewoon nog een keer.

Bij deze mijn bevindingen: Juristenblunders bij stikstofuitspraak. Veel leesplezier!

Zoals geschreven staat

Op 7 oktober 2022 verschijnt mijn boek “Zoals geschreven staat”. Daarin doe ik verslag van een aantal verrassende ontdekkingen bij het Bijbellezen. Het is allemaal begonnen bij de voorbereiding van de Paaspreek in 2019. Dé grote ontdekking voor mij was, dat de Opstanding van Jezus nergens, maar dan ook nergens in het Oude Testament voorzegd is. Misschien dat iedereen dat allang weet, en dat ik als een soort nakomertje dat nu pas ontdek, maar het heeft heel grote gevolgen gehad voor de manier waarop ik de Bijbel ben gaan lezen. En, spoiler alert: ik vind het nog meer dan voorheen een ontstellend fantastisch boek. Fascinerend van A tot Z, en enz. …

Alles wat ik erover te zeggen heb, kun je lezen in het boek zelf. Van de uitgever mag ik alvast een paar pagina’s publiceren van de uitgever, en ik kies dan ook voor het begin van het hoofdstuk over Pasen.

Het boek is te bestellen via je eigen boekhandel (uiteraard) of via www.boekscout.nl

Startzondag 2022 Exoduskerk

Hierbij een aantal foto’s van een heel bijzondere Startzondag: “Aan tafel”!

De onmacht van de politiek

Het boerenprotest laat niemand onberoerd; iedereen heeft ermee te maken. Ik ook. En ik kan het nu eenmaal niet laten om mijn gedachten en ideeën af en toe op papier te zetten. Het resultaat is bijgevoegd bestand. Veel woorden, weinig plaatjes, maar hopelijk wel voldoende ideeën om mee verder te gaan.

Uiteraard mag iedereen die dat wil, dit artikel gebruiken, doorsturen, delen, bij Remkes brengen. Wel graag de auteur er even bij noemen, als dat niet al automatisch gebeurt.

Hier is de link naar het artikel “De onmacht van de politiek

Nog maar eens het homohuwelijk

In het Nederlands Dagblad stond onlangs een groot interview met een predikant uit Arnemuiden, die een artikel dat al bijna twee decennia in de Kerkorde staat, wil aanpassen. Het gaat dan om de (in)zegening van het huwelijk tussen twee mensen van hetzelfde geslacht.

Wat de reden of de aanleiding geweest is om dat bezwaar in te dienen, is volstrekt onduidelijk. Wel duidelijk is, dat hier een herhaling optreedt van een reeds lang beslechte discussie.

Deze dominee wil, zoals hijzelf zegt, op een “zachtmoedige en ootmoedige manier” nazeggen wat er in de Bijbel staat (zo staat het letterlijk in het interview). Probleem daarbij is, dat deze man (natuurlijk een man!) die Bijbel door zijn eigen, gekleurde en verbroken bril leest. Hij slaat heel veel teksten over die de context bepalen van de woorden die hij uit de heilige Schrift licht.

In het bijgevoegde document heb ik geprobeerd alle teksten over het huwelijk tussen man en vrouw (dat volgens deze dominee een scheppingsordinantie is) en het huwelijk tussen twee mannen of twee vrouwen nader belichten.

Natuurlijk is het lastig om een relatie (in) te zegenen waarvan sommigen denken dat God ze verboden heeft. Maar hé, bestaat er ook liefde die niet van God komt?

Ik weet dat veel homo’s en lesbo’s deze discussie zat zijn. Die is al veertig jaar geleden gevoerd. Die heeft z’n beslag gekregen in de Kerkorde zoals die sinds 2004 in de PKN geldt. Waarom opnieuw?

Mijn antwoord is: omdat er opnieuw over gezeurd wordt.

Zou de Bijbel echt het laatste woord krijgen?

Hierbij nogmaals de link naar mijn ‘Bijbelstudie over homo- en hetero-relaties’.

Jan de Visser,

predikant Exodusgemeente Middelharnis-Sommelsdijk

Kaarsen voor Kyiv en andere vreedzame ideeën

Bidden en helpen, dat is wat kerkleiders ons aanraden te doen in deze Oekraïne-crisis. En dat is een heel goed advies. Maar volgens mij zijn er ook een heleboel mensen die iets willen dóen, niet alleen aan de opvang van vluchtelingen, maar ook aan de situatie in Rusland en Oekraïne. ‘Wie kan patriarch Kirill tot inkeer laten komen?’ zo kopte Trouw op 14 maart 2022.

Ik heb wel een paar ideeën.

Allereerst de eigen kerkelijke middelen, waar ook Kirill gevoelig voor moet zijn: kaarsen en muziek. Ik zou het geweldig vinden als er grote groepen mensen naar Kyiv of Charkov zouden afreizen, en in steden in de buurt een hotelletje zouden nemen, en vervolgens optochten houden in of rond de belegerde steden.

Dan, ander idee, ondersteuning organiseren voor de moeders en andere gezinsleden van de soldaten die in de strijd omgekomen zijn, zowel gezinnen aan de Oekraïense zijde als in Rusland zelf. Volgens mij maakt het niet zo heel veel uit, of je zoon/broer gesneuveld is aan de ene of aan de andere kant van de frontlinie.

Kern van de ideeën is, dat er vreedzame acties gehouden worden. Niet en nooit op het niveau van wapengekletter, of (minstens zo erg) oorlogsretoriek, maar met methoden die ook de Russische kerk(en) niet zouden misstaan: pastoraat (omzien naar de gekwetste mens) en liturgie (zingend, met kaarsen getooid, rond de Russische tanks).

Naast deze ideeën heb ik een probleem: ik denk dat ik dit niet kan organiseren. Daarvoor heb ik simpelweg te weinig relevante contacten. En bovendien weet ik niet of ik zelf in de gelegenheid ben om aan deze acties mee te doen. Dat maakt het wel erg lastig.

Het is dus nodig dat er mensen in beweging komen, die:

  1. wel relevante contacten in Oekraïne (en Rusland) hebben. Mensen die de situatie daar kennen, en kunnen helpen bij het ontwikkelen van plannen. In welke stad of steden kun je een groep mensen vanuit Nederland onderbrengen? Jeugdherbergen, hotels, campings, noem maar op? En hoe kun je een combinatie maken van Oekraïense mensen en Nederlandse bezoekers?
  2. contacten hebben met de Oekraïense ambassade en andere Oekraïens organisaties in Nederland.
  3. bij een organisatie horen met een groot netwerk beschikken dat zich al richt op Oost-Europa en de wereldvrede (Oekraïne Zending, Hulp Oost-Europa, Stichting Hulptransporten Oost-Europa, IKV, Pax Christi, Pax voor Vrede). Het zou mooi zijn als mensen die in deze organisaties actief zijn, ze ook zover krijgen, dat ze meewerken en -denken over deze acties.
  4. bijvoorbeeld een slapende stichting of besloten vennootschap hebben, waar de financiële kant van deze acties in ondergebracht kunnen worden.
  5. betrokken zijn bij Kerk in Actie of Giro555 om bv financiële middelen vrij te krijgen om deze acties te ondersteunen.

Hopelijk zijn deze ideeën allemaal te laat, en is het niet meer nodig om activiteiten voor vrede in Oekraïne te ontwikkelen. Maar ik vrees het tegendeel, namelijk dat het hard en hard nodig is!

Wie komt er in de benen voor deze geweldloze acties?

  • Verspreiden en delen van dit initiatief is al belangrijk
  • Doorsturen naar organisaties waar je lid van bent helpt al mee
  • Mensen aanspreken op hun talenten: ‘Volgens mij ben jij een geschikte figuur om … op je te nemen’ – buitengewoon belangrijk
  • De lokale en kerkelijke pers over dit initiatief vertellen
  • Bespreek het met vrienden en mensen van de plaatselijke hulporganisaties
  • ……

Wie o wie pakt dit stokje op?

Kaarsen voor Poetin?

Hij draagt een kruisje om zijn nek, hij heeft de Russisch-Orthodoxe Kerk achter zich staan, en wil de verhoudingen in de regio terugbrengen tot zoals die ongeveer waren voor het communistische tijdperk.

Drieëneenhalfduizend jaar geleden, zo vertelt het verhaal, leden de nakomelingen van Jakob en Jozef op een onmenselijke manier onder de tirannie van een farao. Door niets of niemand liet hij zich vermurwen. Toen de eerste tekenen zich aandienden die hem op een ander spoor moesten zetten, verhardde hij zijn hart, zo staat te lezen in Exodus 8 en 9.

Maar toen de plagen niet ophielden, was er op enig moment een point of no return gepasseerd in de ogen van de Allerhoogste. Vanaf de zesde plaag is het God zelf die hem hardnekkig maakt en houdt; zie Exodus 9: 13 en volgende.

Het harde hart van Poetin – ik kan bijna niet geloven, dat het God zelf is, die daar de hand in heeft, zoals indertijd bij de farao. Het is zijn eigen hardigheid.

Hoe we daar mee om moeten gaan, zeker ook na het uitbreken van de oorlog, is een nogal lastige vraag. Natuurlijk moeten we ons bekommeren om de slachtoffers van Poetin en de oorlog. Daarom moeten we alles op alles zetten om het leed te verzachten. En we moeten ons openstellen voor de opvang van oorlogsvluchtelingen.

Vervolgens moeten we alles doen om Russische invloeden uit onze samenleving te verwijderen, met als doel niet meer afhankelijk te zijn van Poetin en zijn trawanten. Fijn, dat ook de Zuidas-advocaten hun Russische cliënten gaan weren.

Politiek gesproken moeten de ambassadeurs en hun personeel terug naar eigen land (zowel van Nederlandse als van Russische zijde), waarbij de mogelijkheid om toch met elkaar in gesprek te komen altijd open gehouden moet worden. In militaire zin moet bekeken worden in hoeverre Oekraïne gesteund kan worden, en andere bedreigingen (Hongarije, Polen, Baltische staten) afgewend kunnen worden.

Maar hoe goed dit alles ook is, het is nogal passief. Noodzakelijk, maar we kunnen het vanuit onze door Russisch gas verwarmde huizen achter ons bureau aardig regelen en in de gaten houden.

De vraag is, of daarmee het harde hart van Poetin getroffen wordt. En het is de vraag hoeveel onschuldige Russen er gaan lijden onder al die economische sancties. Met de oligarchen en oliebaronnen hoeft niemand medelijden te hebben. Maar hoe het precies met de Moskouse moeder gaat die voor haar gezin moet zorgen – ik heb geen idee, maar die wordt er in ieder geval niet beter van. En daarmee kan in Rusland de aversie tegen Poetin toenemen, maar ook die tegen ‘het Westen’. Hebben we daar iets aan?

Ik weet niet of ik het zelf zou durven, en ik weet niet of ik het zou kunnen organiseren. Maar wat zou er gebeuren, als er vanuit alle Europese landen een golfstroom opgang komt van ongewapende mensen die dag in dag uit bijvoorbeeld rond de stad of de stadskern van Kyiv (Oekraïense spelling) lopen? Of die elke dag een gebedsdienst houden in de kerken van de grote steden van Oekraïne, en met kaarsen in de hand de Russische soldaten tot stilstand brengen?

Misschien zijn er routes of mogelijkheden om tot Moskou door te dringen, met geweldloze optochten, karavanen, massa’s mensen.

Het lijkt mij, dat het harde hart van Poetin niet door wapengekletter en bedreigingen zachter zal worden. Financiële en economische sancties zijn allemaal redenen om zich in het nauw gedreven te voelen, en vandaaruit rare sprongen te doen.

Zijn er misschien nationale of internationale vredesbewegingen, die hier iets mee kunnen, of is dit idee net zo stupide als de inval door Poetin?

In duizenden kerken, moskeeën en synagoges zal dit weekend weer gebeden, gesmeekt worden om vrede.En ook dat moet, en dat moet door blijven gaan. En onze goede God zal die gebeden ongetwijfeld horen, maar als Poetin zijn hart blijft verharden, zal hij er niets van merken.

Laten we hopen en bidden dat het niet zo ver komt, dat God zelf het hart van Poetin zal verharden, en dat er daardoor nog ergere dingen kunnen gaan gebeuren. Laten we hopen en bidden dat dát point of no return nooit gepasseerd wordt.

En hoe raar het ook klinkt, laten we voor Poetin bidden. Als er iemand is die onze gebeden heel hard nodig heeft, dan is hij het wel. Bidden om inzicht, om menselijkheid, om nederigheid bij de man die ons allemaal in zijn macht lijkt te hebben.

Kaarsen voor Poetin – te gek voor woorden?

Nieuwe bestuursstijl, nieuwe bestuurders

Dat ‘we’ in Den Haag zo diep konden zinken als we de afgelopen week gezien hebben, had toch (hopelijk) niemand gedacht. En toen dacht ik, dat er met misschien een paar heel kleine middelen toch grote stappen vooruit gezet kunnen worden. Vandaar dit artikel met vier adviezen aan ‘Den Haag’.

O ja, en als je op het plaatje klikt, krijg je een Jip-en-Janneke-uitleg over de manier waarop een kabinetsformatie verloopt. Ieder commentaar is overbodig.